Paragrafen

Weerstandsvermogen en risico's

Open eind risico's

Participatiewet inkomensdeel (BUIG)
Gemeenten ontvangen voor de bijstand een specifieke uitkering van het Rijk (BUIG). Voor 2026 is het tekort op dit budget geraamd op € 4 miljoen (7 % van het rijksbudget).  Voor de risicomatrix wordt uitgegaan van het begrote tekort versus het maximale financiële risico van de verwachte rijksbijdrage BUIG inclusief Vangnetuitkering ad € 5 miljoen Het financiële risico van een toename van de bijstandsuitgaven tot het maximale niveau in de risicomatrix gewogen op hoog, zijnde € 1,75 miljoen.

Armoedebeleid
Het armoedebeleid bestaat uit diverse open einde regelingen waaronder vergoedingen voor beschermingsbewind, kinderparticipatie regelingen, regelingen voor chronisch zieken en diverse inkomenstoeslagen. Voor een deel van deze regelingen is de doelgroep uitgebreid naar 130% van de bijstandsnorm. En er is fors geïnvesteerd in vereenvoudigen van de toegang van de armoederegelingen. De financiële effecten hiervan zijn grotendeels verwerkt in de Berap-2 2025 en PPN 2026-2029. Door het ophogen van het armoedebudget is de weging van dit risico in de risicomatrix laag, zijnde € 1,75 miljoen.

Leerlingenvervoer.
Het aantal leerlingen dat gebruik maakt van het leerlingenvervoer kan jaarlijks fluctueren. Echter, de afgelopen jaren zijn de lasten binnen budget gebleven en er komt een nieuwe aanbesteding aan, waarin eea financieel zal worden geregeld. Om deze redenen kan dit risico na vaststelling van de begroting komen te vervallen.

Wmo verstrekkingen
Wmo dagbesteding en thuisondersteuning zijn open einde regelingen. Risico’s als vergrijzing, afwenteling vanuit de Wet Langdurige Zorg, toename zorgbehoefte, druk vanuit wachtlijsten, wijzigingen in landelijke beleid waaronder invoering abonnementstarief, komen hierin tot uitdrukking. De uitgaven voor Wmo verstrekkingen zijn al enige tijd stabiel en blijven binnen budget. Inmiddels worden effecten van CAO ontwikkelingen bij aanbieders op dit onderdeel voelbaar. Vanwege vorenstaande zetten wij dit risico op middel.

Jeugdzorg
De activiteiten die de gemeente uitvoert in het kader van de Jeugdwet kenmerken zich door het open einde karakter. Voor jeugdzorg is een landelijke hervormingsagenda opgesteld die moet leiden tot besparingen op de uitgaven voor jeugdzorg bij gemeenten. Er is onzekerheid over het financieel effect voor gemeenten van landelijke interventies. Het is de vraag in hoeverre de in de hervormingsagenda voorgenomen maatregelen bijdragen aan de realisatie van deze besparing. Daarnaast zijn met landelijke SPUKmiddelen groepsaccommodaties omgebouwd naar kleinschalige woonvoorzieningen, wat leidt tot minder beschadigende effecten van uithuisplaatsingen, maar ook tot tariefstijgingen. We zien tevens dat een zeer klein aantal, zeer dure cases een groeiende impact heeft op de totale uitgaven. De verwachting is dat dit momenteel piekt en na verloop van tijd weer afneemt. Anderzijds treffen wij structurele maatregelen om de uitgaven te beheersen. De weging van deze risico’s in de risicomatrix is midden, zijnde € 10,6 miljoen.

Arbeidsparticipatie    
Op 1 januari 2019 zijn alle op arbeid gerichte participatie- en re-integratieactiviteiten overgegaan naar Tiem. Deze middelen worden ingezet voor begeleiding en de inzet van (loonkosten)subsidies voor met name de bijstandsgerechtigden die al langer tijd in de bijstand zitten. Daarnaast wordt al enige jaren extra middelen ingezet voor de begeleiding van statushouders. Hier kunnen nog financiële knelpunten ontstaan. De weging in de risicomatrix voor arbeidsparticipatie is midden, zijnde € 1,5  miljoen.

Sociale werkvoorziening
Gemeenten ontvangen van het Rijk een specifieke uitkering voor de Wet sociale werkvoorziening (Wsw). De toegang tot de Wsw is per 1 januari 2015 afgesloten en het rijksbudget wordt in 40 jaar afgebouwd. Door het teruglopend aantal Wsw-medewerkers en omdat het steeds moeilijker wordt om het vergrijzende bestand van Wsw-medewerkers te detacheren lopen de opbrengsten uit Wsw-activiteiten terug en daarmee de dekking van de vaste kosten zoals gebouw en overhead. Hierdoor is het exploitatieresultaat van Tiem toenemend negatief en nemen de kosten voor de gemeente op de uitvoering van de Wsw steeds meer toe. Het totale risico uitvoering Wsw gewogen op midden, zijnde € 2,4 miljoen.

Kwijtschelding
De risico’s zijn zeer beperkt en hebben vooral betrekking op de afvalstoffenheffing. Deze risico’s zijn afgedekt via de reserve afvalstoffenheffing. Bij OZB en rioolheffing is de kwijtschelding qua omvang bijna te verwaarlozen. Het beperkte risico is in de risicomatrix op pm gesteld.

Deze pagina is gebouwd op 10/10/2025 07:33:06 met de export van 10/10/2025 07:24:21